Blu-ray lijkt op het eerste gezicht veel op DVD. De spelers zien er hetzelfde uit, de schijfjes zijn even groot, en ze bevatten allebei video en audio.
Het formaat is inmiddels redelijk doorgedrongen in de Nederlandse en Belgische huiskamers – maar er is nog veel onduidelijk over wat de verschillen zijn met het ‘oude’ DVD formaat. Een overzicht in 8 stappen:
[showad_large]
1. Techniek
De gegevens op de schijf worden bij een dvd uitgelezen door middel van een rode laser, en bij Blu-ray door een blauwe – en daar komt de naam dan ook vandaan. Het voordeel van een blauwe laser (eigenlijk blauw/violet) is dat deze een kortere golflengte heeft dan een rode (405nm vs 650nm), waardoor deze nauwkeuriger gericht kan worden. En hoe nauwkeuriger dit kan, hoe dichter gegevens bij elkaar geplaatst kunnen worden, en hoe meer er op op een enkele schijf past. Dit geldt niet alleen in de breedte van de schijf, maar ook in de diepte: op dvd’s kunnen maximaal 2 lagen beschreven en uitgelezen worden, bij blu-ray zijn er (experimentele) schijven met 20 lagen.
Deze extra capaciteit komt niet alleen maar door het gebruik van een andere laser: ook een andere lens, verbeterde data-encodering en aanpassingen in het schijf-formaat dragen hier aan bij.
De nieuwe laser plus diverse andere technieken zorgen er ook voor dat er per seconde meer gegevens gelezen kunnen worden van een blu-ray dan van een dvd: 54Mb/s in plaats van 10Mb/s. En daardoor werd het ook mogelijk om een hogere kwaliteit video en audio op te gebruiken (zie ook verschillen 4 en 5).
2. Het schijfje
Het formaat van blu-ray schijven is identiek aan die van de dvd (en cd’s): 12 cm rond, met een dikte van ongeveer 1,2 mm. Bij een dvd ligt de ‘data’ laag ongeveer halverwege (0,6mm diep), bij een blu-ray is dit een stuk dichter bij de lens: slechts 0,1mm diep.
Het voordeel van de dunne bovenlaag is dat de gegevens veel nauwkeuriger kunnen worden uitgelezen; het nadeel is dat de schijven gevoeliger zijn voor krasjes en vuil. Daarom is de top-laag (de niet-bedrukte kant) voorzien van een coating, die veel krasbestendiger is dan die van dvd’s, en in sommige gevallen ook anti-statisch.
3. Spelers en Profielen
Een dvd-speler kan geen blu-rays afspelen, maar een blu-ray speler wel dvd’s. Dit is geen vereiste, maar alle fabrikanten ondersteunen dit. Hetzelfde geldt voor cd’s; alleen op de aller-eerste commerciële spelers was dit niet mogelijk. Er zijn verschillende ’typen’ blu-ray spelers gedefinieerd, opgedeeld in profielen.
Profile 1.0 is de basis, met geen bijzondere ‘extra’ eigenschappen.
Profile 1.1 – ook wel Bonus View genoemd – vereist dat de speler in staat is om een twee audio- en video streams tegelijkertijd kan verwerken. Dit is nodig als ‘picture-in-picture’ wordt toegepast, bijvoorbeeld een film met commentaar van de regisseur in beeld. Bij dvd’s is het alleen mogelijk om hiervoor een ander geluidsspoor te selecteren. Bovendien moeten Profile 1.1 spelers 256Mb aan opslagruimte bieden – hetzij intern, hetzij via een usb waarop je zelf een USB stick moet aansluiten
Profile 2.0 – BD Live – is de huidige standaard, en vereist van blu-ray spelers dat ze een verbinding kunnen maken met het internet. Met deze connectie kun je met de speler extra’s downloaden, online spelletjes spelen, chatten met andere gebruikers of meedoen aan online events zoals chats met een acteur. Firmware-updates van de blu-ray speler kunnen ook automatisch worden gedownload via de internet verbinding.
Hoewel de internet-verbinding het belangrijkste verschil met Profile 1.1 spelers is, moeten Profile 2.0 spelers ook minimaal 1Gb opslagruimte tot hun beschikking (kunnen) hebben.
Er bestaat inmiddels ook al een Profile 3.0 – maar dat is voor het nog totaal niet aangeslagen BD-Audio formaat. De blu-ray spelers die nu in de winkel te krijgen zijn, zijn allemaal Profile 2.0.
4. Video
Met afstand de belangrijkste eigenschap die aan blu-ray wordt toegekend: de hogere videokwaliteit. Deze hogere kwaliteit komt tot stand dankzij drie factoren: resolutie, codecs en ruimte.
Ten eerste is het nu mogelijk de aloude tv standaard met een maximale resolutie van 720×576 pixels (PAL) los te laten. Dit zag er goed uit op een beeldbuis tv, maar op een Full HD tv met 1920×1080 pixels wil je ook de maximale scherpte halen. Vrijwel alle blu-ray’s zijn opgenomen in Full HD, op een ‘HD Ready’ tv (720p) wordt dit teruggeschaald maar ziet er nog steeds scherp uit.
Verder de ruimte: er is veel meer ruimte om een film op kwijt te kunnen, waardoor een film minder gecomprimeerd hoeft te worden, wat de kwaliteit sterk ten goede komt.
Daarnaast is de video-codering sterk verbeterd. Op dvd’s wordt (bijna) altijd MPEG-2 gebruikt: een goede, maar inmiddels enigszins verouderde manier om video’s te comprimeren. Blu-ray video ondersteunt nog steeds MPEG-2, maar ook H.264/MPEG-4 AVC en VC-1, coderingen. Deze nieuwere formaten comprimeren niet alleen beter, maar geven ook een betere weergave (minder zichtbare compressie-fouten).
5. Geluid
Er zijn maar weinig dvd’s die geen audio-track bevatten in het Dolby Digital (AC-3) formaat. In dit formaat kan tot 5.1 surround geluid worden opgeslagen, met een bit-rate van maximaal 448 kb/s. Na de introductie van de dvd in 1997 werd DTS ook populair bij de ‘betere’ dvd-releases, met 754 kb/s aan data. DTS is optioneel, maar de meeste dvd-spelers kunnen hier wel mee overweg.
Met de komst van de blu-ray is het aantal opties sterk vergroot, met als belangrijkste audio-codecs LPCM, Dolby TrueHD en DTS HD MA. Deze bieden alledrie meerkanaals (tot 7.1) surround audio dat een kopie is van de studio-tapes, zonder dat er informatie verloren is gegaan. Bij LPCM is dit ongecomprimeerd – wat zeer veel ruimte in beslag neemt -, Dolby TrueHD en DTS HD Master Audio nemen minder ruimte in beslag door verliesvrije compressie.
Met de blu-ray is het mogelijk om ‘beter dan cd-kwaliteit’ audio te krijgen voor alle surround-kanalen. Een vergelijking: op een dvd krijg je maximaal 754kb per seconde aan geluid, met DTS-HD MA is dit 24,5Mb – aanzienlijk meer dus.
De (enorme) sprong in kwaliteit heeft ook gevolgen op de hardware. De ‘beste’ audio-verbinding van dvd-spelers is de coaxiale SPDIF of de optische Toslink, maar deze verbindingen kunnen de grote datastromen van HD audio niet aan. De enige manieren om hiervan gebruik te maken zijn via HDMI, of door het ecoderen in de blu-ray speler zelf, en met meerkanaals analoog audio (indien mogelijk) uit naar de versterker laten gaan.
6. Menu’s en Extra’s
Op een dvd zijn de menu’s simpel van opzet: het zijn creatief aan elkaar geplakte korte filmpjes en plaatjes, die een indruk van interactiviteit geven. Ook spelletjes op dvd’s zijn op deze manier opgezet: leuk, maar niet erg snel en soepel lopend.
Voor Blu-ray is er gekozen voor een apart systeem: BD-J. Met Blu-ray Disc Java kunnen veel geavanceerdere menu’s en extra’s worden ontwikkeld dan op de dvd. Niet alleen grafische hoogstandjes kunnen hiermee gemaakt worden, maar met toegang tot het internet en lokale opslag is er ook veel meer mogelijk met interactiviteit. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om via de blu-ray online te gamen, recente trailers te bekijken en wallpapers te downloaden.
Eén van de meest praktische voordelen is dat menu’s nu gewoon ‘over’ het beeld gelegd kunnen worden, en je opties (taal/ondertitels) makkelijk kunt wijzigen, of snel met het menu door de scenes kunt lopen.
7. Beveiliging
Naast alle functionele verbeteringen ten opzichte van de dvd was het ook noodzakelijk om ook betere kopieer-beveiligingen toe te passen. Op dvd’s zit ook een kopieerbeveiliging – CSS – maar die is al lang geleden gekraakt.
Blu-ray heeft drie verschillende lagen kopieerbeveiling.
Allereerst is er AACS – een betere variant van CSS, dat de inhoud op een blu-ray schijf versleuteld.
BD+ is een intelligent systeem dat zelfstandig allerlei zaken kan controleren binnen een speler. Blu-ray discs die hier gebruik van maken controleren iedere keer als ze gestart worden of alles ‘in orde’ op het gebied van beveiliging, en kan eventueel het afspelen blokkeren.
Zowel AACS als BD+ zijn gekraakt, al worden er van BD+ wel met enige regelmaat updates uitgebracht. AnyDVD HD is het bekendste stuk software wat Blu-rays kan kopiëren op een computer.
Niet blu-ray specifiek, maar wel verplicht op alle spelers is de HDCP kopieerbeveiliging. De gegevens die via een HDMI kabel gaan zijn ge-encrypt met HDCP, hiermee zou voorkomen moeten worden dat je een recorder op de HDMI uitgang van een blu-ray speler aansluit om een vrijwel perfecte kopie te krijgen. Enige tijd geleden is deze HDCP beveiliging gekraakt omdat ze achter de ‘master-keys’ zijn gekomen achter de encryptie.
Een laatste vorm van ‘beveiliging’ – maar niet tegen kopiëren – is de regio-codering. Omdat er een maanden kunnen zitten tussen de release van een film in bijvoorbeeld Amerika of Europa kunnen DVD’s gecodeerd worden met de ‘regio’ waarin deze uitkomt. DVD-spelers zijn in te stellen op een specifieke regio, zodat een US-release (regio 1) niet in een EU-speler (regio 2) kan worden afgespeeld. De meeste dvd’s zijn voorzien van een regio-restrictie, maar er zijn in de loop der tijd steeds meer ‘regio-vrije’ spelers gekomen.
Ondanks goede hoop dat blu-ray regio-vrij zou blijven is er ook voor dit formaat voor gekozen om met regio’s te gaan werken. Er zijn drie regio’s (VS, EU/Afrika/Midden-oosten/Australië) (dvd heeft 6), maar de regio-codering wordt lang niet zoveel toegepast als op dvd’s (ongeveer ¾ niet, volgens regionfreemovies). Als je er op let dan kun je dus in het buitenland best wel een blu-ray kopen.
8. Toekomst
Een belangrijk verschil tussen de dvd en de blu-ray is hoe de ontwikkelingen gaan. Toen de DVD in 1997 werd geïntroduceerd was er niet veel ruimte mee voor verandering. In al die tijd heeft alleen DTS audio zich een plaats weten te veroveren op de schijf.
Met blu-ray ligt dit anders. Het formaat is flexibeler – en dankzij het internet is het ook veel gemakkelijker om software-upgrades uit te voeren.
Naast de evolutie in spelers – van Profile 1.0 via 1.1 naar 2.0 – is het in 2010 gelukt om het formaat uit te breiden naar 3D, zonder al teveel problemen. Verder zijn er al verwoede pogingen gedaan om meer dan 50Gb op een schijfje te krijgen: 400Gb (16 lagen) is al gelukt, en 1Tb staat al in de planning. Voor BD-Video zijn deze alleen niet interessant, omdat deze niet zijn uit te lezen in bestaande blu-ray spelers. Sony is samen met Panasonic van plan om de capaciteit per laag uit te breiden van 25Gb tot 33Gb – die uit te lezen zijn door huidige blu-ray spelers met een firmware upgrade.
Voor ‘de consument’ zijn de ontwikkelingen op het gebied van blu-ray spelers iets om in de gaten te houden. DVD-spelers waren en zijn meestal gewoon dvd-spelers – niet meer dan dat. Maar een blu-ray speler – zeker de meest recente – zijn veel meer dan een speler voor schijfjes: veelal zijn ze in staat om media te streamen vanaf je computer of NAS, en allerlei multimedia diensten te benaderen op het internet, zoals Youtube, Video on Demand, internet radio en Flickr. Daarmee lijken de speler future-proof: zelfs als de blu-ray ouderwets is geworden kan de “blu-ray speler” nog steeds gebruikt worden.
DVD vs Blu-ray vs …
De overgang van DVD naar Blu-ray gaat niet zo van harte als de overgang van VHS naar DVD, omdat de verschillen kleiner zijn, en de vermoedelijke opvolger (downloads/streaming) al voor de deur staat. Als de filmmaatschappij ook goed gebruik maakt van het Blu-formaat (dus geen ge-upscalede kopie van dvd gebruikt) dan is Blu-ray nog steeds het summum op het gebied van audio- en videokwaliteit en extra mogelijkheden (lees ook ‘Blu-ray beoordeeld‘), dat de DVD achter zich laat op het gebied van kwaliteit en gebruikgemak.
De enige reden om nog voor DVD’s te kiezen is de prijs; video-on-demand is aantrekkelijk vanwege het grote aanbod vanuit je luie stoel.
Fabian says
Prima artikel, ik schaf al tijden alleen nog maar Bluray schijven aan. Het is verschil is behoorlijk en eenmaal aan die Bluray wil je niets anders meer.
De overgang van DVD naar Blu-ray gaat niet zo van harte als de overgang van VHS naar DVD. Dit betwijfel ik… misschien heb je gelijk maar ik zou graag een bron zien.
Het probleem is idd dat de DVD voor de meeste mensen voldoet maar je hebt dus ook nog een HDTV nodig (die iedereen inmiddels wel heeft maar dat heeft ook enkele jaren geduurd) behalve dat heb je ook nog een receiver nodig die Dolby TrueHD en DTS-MA ondersteunt wil je het maximale eruit halen. Dit alles is een investering waar de meeste consumenten wel enkele nachtjes (zeg maar gerust totdat de huidige apparatuur niet meer werkt) over moeten slapen.
jasper says
beste in de titel staat er 8 verschillen tussen dvd en bluray maar er staan er maar 4
bert says
De belangrijkste staat er niet tussen:
Een Blu Ray neemt de bron als uitgangspunt. Was het een NL gesproken film in 24fps, dan is die dat ook op Blu Ray. Bij DVD wordt alles naar CRT content omgezet, 50 of 60 Hz interlaced. Ook mag je een DVD uitbrengen met enkel Duitse Nachzynchronizatie.. Bij Blu Ray mag dit niet, en moét de originele taal aanwezig zijn. Aangezien toch iedereen tegenwoordig de schijven op een XBOX of Playstation afspeelt vind ik dat de EU in het belang van de filmmakers maar eens de DVD moet verbieden. Blu Rays zijn vaak ook nog goedkoper.