Bi-Amping is het gebruik van afzonderlijke eindversterkers voor de luidsprekers van lage en hoge tonen. De filtering voor hoog en laag kan plaats vinden zowel voor als na de eindversterking.
Beide hebben hun eigen voordelen: bij filtering na de versterking hoeft alleen de luidspreker geschikt te zijn voor bi-amping (wat veelal het geval is). Filtering voor de versterking vereist een aparte filterunit (of ‘filter’=insteekkaarten in de versterkers, zoals Linn gebruikt). Het grote voordeel hiervan is, dat op ‘lijn-niveau’ een nauwkeurige filter gemaakt kan worden (onder andere omdat het geen grote vermogens hoeft te verwerken). En omdat er geen scheidingsfilter tussen de versterker en luidsprekerunit zit, is de koppeling optimaal, met minder verlies.
Tri-amping werkt op dezelfde manier, maar dan met laag, midden en hoog. En dus drie eindversterkers.